Welkom op mijn blog.

Welkom op mijn blog. In 2014 ben ik begonnen met bloggen. Het maken van Bijbelstudies is voor mij belangrijk. Alleen horen en lezen beklijft niet. Het begrijpen gaat het beste door in het onderwerp te duiken en het op te schrijven. Ik besloot om het bestudeerde niet voor mezelf te houden maar te delen. De studies staan allemaal rechts op dit blog. Ze gaan over Bijbelse onderwerpen die mij aanspreken.

Verder probeer ik elke maand een blog te plaatsen. Zo'n stukje schrijf ik in eerste instantie voor het blad van de kerkelijke gemeenschap waar ik neer toe ga. Als het daar is verschenen deel ik het hier. Zo vang ik twee vliegen in één klap. De onderwerpen zijn uit Gods Woord, tijdschriften of gaan over persoonlijke gebeurtenissen en ervaringen. Ik nodig je uit om rond te snuffelen in mijn studies en je voordeel er mee te doen. Je mag ze gerust kopiëren of delen maar dan wel graag met vermelding van de bron. Succes met studeren. Het staat je vrij om te reageren.


Studie "Profeteren"

Profeteren.

Het is Pinksteren geweest en velen hebben opnieuw gebeden om vervulling met de Heilige Geest. Veel gelovigen verlangen naar het praktiseren van de gaven van de Geest. Ik kan heel goed begrijpen dat gelovigen Gods woorden willen verstaan en doorgeven. Soms wil men een extra bevestiging door een directe 'stem' van God.

In het blad EVA las ik een artikel over profeteren. Pauline Schonewille gaat op onderzoek uit. Ze wil graag antwoorden op een aantal vragen, namelijk:Kan iedereen profeteren? Hoe doe je dat dan? En wanneer? Wat doe je als je een boodschap doorkrijgt? En hoe weet je of die boodschap het Woord van God is? Hoe onderscheid je het Woord van God van de boodschap van de duivel?

In het boek Leren profeterenlegt Kris Vallotton het verschil tussen profeteren in het Oude en in het Nieuwe Testament uit. In het Oude Testament werden profeten aangewezen door God. Ik lees over dit boek in de EVA: 
Profeten moesten mensen, die er vaak een potje van maakten, leiden, corrigeren, waarschuwen, besturen en toerusten. Toen de Here Jezus werd geboren zijn de wet en de profeten vervuld; Mattheus 5: 17. Profetie gaat dan gebruikt worden om mensen toekomst en hoop te geven. Profeteren wordt een gave van de Heilige geest en iedere gelovige wordt aangespoord om van die gave gebruik te maken.

Daarna wordt, in het artikel van de EVA, Ron Becker geïnterviewd. Hij is lead pastor van Crossraods in Rotterdam. Hij spreekt ook op “New Wine”. Ron Becker legt uit wat zijn 'werkdefinitie' van profeteren is. Hij zegt: “Profeteren is 'luisteren naar God voor anderen'. Iedereen kan dit want iedereen kan Gods stem verstaan. Lees bijvoorbeeld Johannes 10: 3 – 5 over de goede Herder. Profeteren lijkt op het ministry-gebed. Iemand stelt zich open voor God en God geeft iets. Alleen lukt dat niet altijd omdat we niet steeds bewust gericht zijn op Zijn stem. Denk bijvoorbeeld aan Samuël. We moeten het gewoon te proberen. God kan een Bijbeltekst, een beeld of een woord geven. Dat kan geïnterpreteerd worden en er kan gekeken worden hoe dit toegepast kan worden. Verbind er geen conclusies aan: Handelingen 21. Je moet wel weten hoe het werkt. Laat je niet leiden door angst of je het wel kunt. Profeteren kent valkuilen zoals manipuleren. Laat je corrigeren en wees in je eigen leven ook wat je preekt.

Ik lees verder in de EVA dat vermanen in de NBV door bemoedigen wordt vertaald. Dat is niet zo negatief. Bemoedigen is 'moed geven, motiveren en het is toekomst gericht. In bemoedigen zit ook troosten. Dat is een ander opbeuren en vertrouwen en kracht geven in zichzelf.

Profeteren wordt dus vooral gebruikt om te bemoedigen en te vertroosten. Niet veroordelen en met het vingertje wijzen. Het kan ook gemeente breed worden ingezet.
1 Korinthe 14: 3 wordt aangehaald waarin het doel van profeteren is te lezen. Ook wordt 2 Koningen genoemd. Dit zou gaan over de profeten school. Bovendien kan men leren profeteren bij “Prophecy Course”.
Tot zover mijn citaat uit de EVA.

Omdat ik het artikel van EVA niet terug vind op internet hier een soortgelijk artikel uit de “VISIE”.

In het artikel van de VISIE valt mij, net als in de EVA, de verwarring op die er over het profeteren kan bestaan. Aan de ene kant wordt profeteren aangemoedigd, want het komt van God. Aan de andere kant wordt er flink voor gewaarschuwd, want het kan van de satan zijn of uit ons eigen brein voortkomen. 
Het artikel begint met: “Wie meent dat profetie niet veel voorkomt in onze tijd, moet maar eens op internet kijken: het web staat bol van voorzeggingen en visioenen, heil en onheil, beloften en beschuldigingen, persoonlijke profetieën en landelijke of continentale rampspoed. De chaos is zo groot, dat je alleen al om die reden het onderwerp profetie links zou laten liggen. ‘Gods nu-woord’. Wat is profetie dan precies? Een vastomlijnde definitie blijkt lastig te geven, zeker als je naast profetie ook aanverwante bijbelse termen plaatst als openbaring, woord van kennis, woord van wijsheid en onderscheiding van geesten.

Op de site “Herschepping” lees ik het volgende over profeteren.

Wat is profeteren? Kort gezegd: spreken namens God. De gave van profetie, die in het Oude Testament aan profeten gegeven was, komt in het Nieuwe Testament voor als een bovennatuurlijke gave van de Heilige Geest. Uiteraard geldt ook hiervoor dat dit vandaag de dag evenzeer voorkomt onder Gods kinderen, die er voor openstaan. Er zijn theologen die beweren dat de profetie in deze tijd niet meer van toepassing is, omdat de profetie ophield toen de Bijbel compleet was. De Bijbel zelf geeft geen enkel aanknopingspunt voor deze bewering. De feiten tonen aan dat vandaag de dag profetie nog steeds springlevend is. 
Profetie is geen mensenwerk, iets wat mensen bedenken, zeggen of doen, maar het werk van de Heilige Geest in de gelovige. Profetie van God komt via iemands intuïtie binnen.
In sommige kerkelijke kringen waar geen plaats is voor de bijzondere geestelijke gaven wordt de functie van 'profeten' in dit verband min of meer gelijkgesteld met die van predikers. Het begrip 'profetie' wordt dan versmald tot zoiets als 'woordbediening' en dat doet geen recht aan de Bijbelse boodschap. 
Profetieën van vandaag kunnen natuurlijk nooit een vervanging zijn van het geïnspireerde Woord van God, de Bijbel. Het zijn eerder aanvullingen, meestal bedoeld voor goddelijke leiding, correctie of bemoediging. "Maar iemand die profeteert spreekt tot mensen, en wat hij zegt is opbouwend, troostend en bemoedigend." (1 Korintiërs 14:3, NBV) Pas vooral op voor mensen, ook geestelijke leiders, die schermen met uitdrukkingen als "de Heer heeft me laten zien dat ... en daarom moet jij dit of dat doen." Door het gebruik van zulke uitdrukkingen kan de spreker anderen gemakkelijk manipuleren. We moeten niet luchthartig over deze dingen denken, In Deuteronomium 18:20 lezen we dat een profeet die zijn eigen woord spreekt en zegt dat God het gezegd heeft, moet STERVEN. Dat houdt op zijn minst in dat we vandaag de dag voorzichtig moeten zijn met profetie. Maar het feit dat het bij profetie wel eens misgaat, mag geen aanleiding zijn om de gave van profetie in de plaatselijke gemeente te verwaarlozen of te veronachtzamen!

En hier lees ik:

Geestelijke waarnemingen vanuit je hart.
We kunnen in onze intuïtie ingevingen krijgen vanuit ons onderbewustzijn, ons dieper liggend deel van ons geheugen waar we met ons bewuste denkvermogen niet bij kunnen komen. Veel van die innerlijke waarnemingen leiden tot gedachten of gevoelens, die ogenschijnlijk spontaan zijn ontstaan, alsof ze niet van ons zelf komen maar van buitenaf.
Soms is het moeilijk uit te maken wat van God komt en wat eigen ingevingen zijn. Pas op: hoe meer verbeeldingskracht iemand heeft, hoe meer van dergelijke ingevingen zo iemand krijgt. De intuïtie is een door God gegeven instrument, maar het moet wel nauwkeurig op God worden afgestemd. Het is aan te raden niet te gemakkelijk een ingeving als een goddelijke openbaring te beschouwen. Een kwestie van ervaring en uittesten.

Samengevat lees ik op de sites tot nu toe dat profeteren goed is. Het is alleen niet zo gemakkelijk. We kunnen het leren en het moet uitgetest worden want verbeelding kan een te grote rol spelen.

Met negen vragen in mijn achterhoofd wil ik Gods Woord hierop onderzoeken. Ik heb deze studie in vier hoofdstukjes uitgewerkt.

1. Kunnen we leren profeteren en moeten we er naar streven
2. Is profetie in het Oude Testament vermanend en geeft het in het Nieuwe Testament toekomst en hoop
3. Is profetie 'luisteren naar God voor anderen'?
4. Klopt het dat profeteren relevant is voor onze tijd omdat er veel visioenen en profetieën op het web staan? Zijn dat de feiten die men tegenwoordig ziet
5. Is er over profetie een vastomlijnde definitie te geven?
6. Zullen alleen mensen die er voor openstaan kunnen profeteren
7. Is profetie in Gods woord vooral bemoedigend
8. Waarom sterven mensen tegenwoordig niet wanneer hun profetie een 'eigen' woord is
9. Kan ik profeteren uittesten om verbeelding uit te sluiten?

A. Profeten in het Oude Testament. 
     Valse profeten. 
     Profeten. 
     “Spreekt de HEERE”. 
B. Profeten in het nieuwe Testament. 
     Vervulde profetieën. 
     De Schrift. 
     Profeten in Efeze. 
     Profetie in Openbaring. 
     Valse profeten. 
C. Wat is profeteren in deze tijd? 
D. Hoe kan ik mensen hoop en troost bieden?

A. Profeten in het Oude Testament.

Op de site van de “EO” lees ik een klein overzichtelijk stukje over dit onderwerp.

Valse profeten.

Als ik het Oude testament onderzoek op dit onderwerp dan kom ik veel valse profetie tegen. Ik begin hier bewust mee omdat het goed laat zien wat profetie niet moet zijn. Valse profeten vertellen leugens en priesters heersen. Wat opvalt is dat het volk het graag zo heeft lees ik in: 
Jeremia 5: 31 de profeten profeteren leugens, de priesters heersen door hun handen, en Mijn volk heeft het graag zo. Maar wat zult u doen aan het einde hiervan?

Jeremia 14: 14, 15 14 De HEERE zei tegen mij: Die profeten profeteren vals in Mijn Naam. Ik heb hen niet gezonden, Ik heb hun geen opdracht gegeven en Ik heb niet tot hen gesproken. Zij profeteren u een leugenvisioen, waarzeggerij, holle praat en bedrog van hun eigen hart. 15 Daarom, zo zegt de HEERE over de profeten die profeteren in Mijn Naam, hoewel Ík hen niet heb gezonden, en zij toch zeggen: Er zal geen zwaard en honger in dit land zijn. Die profeten zullen zelf door het zwaard en door de honger omkomen.

Ook in Jeremia 20: 6 en in Jeremia 29: 8, 9 en 21 – 23 lees ik over valse profetie. In Jeremia 28 gaat Jeremia in tegen de valse profeet Hananja. Jeremia 32: 9 – 40 gaat geheel over de bestraffing van valse profeten. In Jeremia 27: 8 – 16 lees ik dat de valse profeten zeggen dat het volk de koning van Babel niet mag dienen. God spreekt het tegenovergestelde door Zijn profeet Jeremia: 
Jeremia 27: 9 – 11 9 U dan, luister niet naar uw profeten, naar uw waarzeggers, naar uw dromers, naar uw wolkenduiders en naar uw tovenaars, die tegen u zeggen: U mag de koning van Babel niet dienen. 10 Want zij profeteren u leugen, om u ver uit uw land te brengen, zodat Ik u verdrijf en u omkomt. 11 Maar het volk dat zijn nek zal voegen onder het juk van de koning van Babel en hem zal dienen, dat zal Ik in zijn eigen land laten, spreekt de HEERE, en het zal dat bewerken en daarin wonen.

In Deuteronomium 13: 1 – 5 en 18: 20- 22 wordt gewaarschuwd tegen valse profeten die leren om achter andere goden aan te gaan. Ook andere geboden dan die God gegeven heeft hoeven niet opgevolgd te worden. Een valse profeet is te herkennen aan het feit dat zijn woorden niet uitkomen. Zo'n profeet moest ten tijde van het Oude testament sterven.

Deuteronomium 13: 1 – 5 1 Als in uw midden een profeet opstaat of iemand die dromen heeft, en u een teken of wonder geeft, 2 en dat teken of dat wonder waarvan hij tot u gesproken had, komt en hij zegt: Laten we achter andere goden aan gaan, die u niet kent, en laten we die dienen, 3 luister dan niet naar de woorden van die profeet of naar hem die die dromen heeft! Want de HEERE, uw God, stelt u dan op de proef om te weten of u de HEERE, uw God, liefhebt met heel uw hart en met heel uw ziel. 4 Achter de HEERE, uw God, moet u aan gaan, Hem moet u vrezen, Zijn geboden moet u in acht nemen en Zijn stem gehoorzamen; Hem moet u dienen en u aan Hem vasthouden. 5 En die profeet of hij die die dromen heeft, moet gedood worden, omdat hij heeft opgeroepen afvallig te worden aan de HEERE, uw God, Die u uit het land Egypte heeft geleid en u uit het slavenhuis verlost heeft; en omdat hij u wilde afbrengen van de weg die de HEERE, uw God, u geboden heeft daarop te gaan. Zo moet u het kwaad uit uw midden wegdoen.

Deuteronomium 18: 20 – 22 20 Maar de profeet die overmoedig handelt door een woord in Mijn Naam te spreken dat Ik hem niet geboden heb te spreken, of die in de naam van andere goden spreekt, die profeet zal sterven. 21 Wanneer u dan in uw hart zegt: Hoe kunnen wij het woord herkennen dat de HEERE niet gesproken heeft? 22 Wanneer die profeet in de Naam van de HEERE spreekt, en het gebeurt niet en het komt niet uit, dan is dat een woord dat de HEERE niet gesproken heeft. In overmoed heeft die profeet dat gesproken; wees niet bevreesd voor hem.

Numeri 11: 25 – 27 25 Toen daalde de HEERE neer in de wolk en sprak tot hem, en Hij zonderde een deel af van de Geest Die op hem was, en droeg dat over op de zeventig mannen, die oudsten. En het gebeurde, toen de Geest op hen rustte, dat zij profeteerden, maar daarna niet meer. 26 Twee mannen echter waren in het kamp achtergebleven. De naam van de ene was Eldad, en de naam van de andere Medad. De Geest rustte op hen zij behoorden namelijk tot de aangeschrevenen, maar waren niet naar de tent vertrokken en zij profeteerden in het kamp. 27 Een jongen liep snel weg en vertelde het aan Mozes, en zei: Eldad en Medad profeteren in het kamp. 28 Jozua, de zoon van Nun, de dienaar van Mozes, een van zijn uitgekozen jongeren, antwoordde en zei: Mijn heer Mozes, belet het hun! 29 Maar Mozes zei tegen hem: Zet u zich voor mij in? Och, of allen van het volk van de HEERE profeten waren, dat de HEERE Zijn Geest over hen gaf!

In Numeri 11 vind ik de profeten Eldad en Meda. Vanuit dit gedeelte zou ik de conclusie kunnen trekken, met name in vers 29, dat iedereen zich zal kunnen uitstrekken om te profeteren. Toch denk ik niet dat dit hier zomaar bedoeld wordt. Ik geloof eerder dat Mozes heel graag zou willen dat het gehele volk getrouw en gelovig zou zijn net als Jozua en Kaleb. Dan zou de profetie van Joël 2: 28 – 31 in vervulling kunnen gaan. Maar helaas is daar de tijd nog niet rijp voor.
In 2 Kronieken 9: 29 lees ik over de profeet Nathan, de profetie van Ahia en de ziener Jedi. In 2 Kronieken 15: 8 vind ik de profeet Oded.

2 Kronieken 9: 29 Het overige nu van de geschiedenis van Salomo, van het begin tot het einde, is dat niet beschreven in de woorden van de profeet Nathan en in de profetie van Ahia uit Silo en in de visioenen van de ziener Jedi over Jerobeam, de zoon van Nebat?

2 Kronieken 15: 8 Als nu Asa deze woorden hoorde, en de profetie van den profeet Oded, sterkte hij zich, en hij deed weg de verfoeiselen uit het ganse land van Juda en Benjamin, en uit de steden, die hij van het gebergte van Efraim genomen had, en vernieuwde het altaar des HEEREN, dat voor het voorhuis des HEEREN was.

Verder ken ik de profeten van het Oude Testament. Het zijn er 16. In hun boeken kan ik lezen over hun roeping. Zie Jesaja 6, Jeremia 1, Ezechiël 2, Daniël 10, Hosea 1: 1, Joël 1: 1, Jona 1: 1, 2 en Micha 1: 1. Dan zijn er nog de profeten Amos, Obadja, Nahum, Habakuk, Zefanja, Haggaï, Zacharia en Maleachi. Het gaat erg ver om al deze boeken te lezen en te onderzoeken. Ik ga er alleen summier op in om te laten zien wat ik meen dat profeteren in Gods woord is.

In de profetieën staan bemoedigende woorden, zoals in Jesaja 9: 1 – 6 waarin de komst van de Messias wordt voorzegd. Zie ook Joël 2: 28 – 32. Deze teksten, en dan meestal alleen vers 28 en 29, worden vaak aangehaald als bewijs van de mogelijkheid tot profeteren. Maar er staan in dit gedeelte, in vers 30 en 31, ook ernstige voorspellingen, die gemakshalve niet aangehaald worden in de aanbevelingen. Daaraan kan ik zien dat deze profetie niet kan slaan op het tijdperk waarin ik leef. Deze profetie spreekt van oordelen maar is ook hoopgevend. Deze profetie zal in de toekomst nog vervuld worden en hoort als geheel bij elkaar.

Joël 2: 28 28 Daarna zal het geschieden dat Ik Mijn Geest zal uitstorten op alle vlees: uw zonen en uw dochters zullen profeteren, uw ouderen zullen dromen dromen, uw jongemannen zullen visioenen zien. 29 Ja, zelfs op de dienaren en op de dienaressen zal Ik in die dagen Mijn Geest uitstorten. 30 Ik zal wondertekenen geven aan de hemel en op de aarde: bloed en vuur en rookzuilen. 31 De zon zal veranderd worden in duisternis en de maan in bloed, voor die dag van de HEERE komt, die grote en ontzagwekkende. 32 Het zal geschieden dat ieder die de Naam van de HEERE zal aanroepen, behouden zal worden. Want op de berg Sion en in Jeruzalem zal ontkoming zijn, zoals de HEERE gezegd heeft, namelijk bij hen die ontkomen zijn, die de HEERE roepen zal.

Spreuken 29: 18 Als er geen visioen is, raakt een volk losgeslagen, maar welzalig is hij die zich houdt aan de wet.

Mijn oog viel op Spreuken 29: 18. Hierin wordt het verband gelegd tussen visioenen en de wet. Dit geeft mij de indruk dat visioenen in Bijbel te maken hebben met de wet die God gegeven had. Visioenen zullen in overeenstemming moeten zijn met Gods wet zoals ik ook al las in Deuteronomium 13: 4.

Spreekt de HEERE”.

Deze uitdrukking komt 352 keer in mijn SV online bijbel voor. Daarvan staat het 3 x in het Nieuwe testament, namelijk in Handelingen 15: 17, Hebreeën 8: 8 en Hebreeën 10: 30. 
Bijzonder is dat het veel in de profetische boeken voorkomt namelijk: 21 x in Jesaja, 170 x in Jeremia, 83 x in Ezechiël, 3 x in Hosea, 1 x in Joël, 21 x in Amos, 2 x in Obadja, 1 x in Micha, 2 x in Nahum, 5 x in Sefanja, 9 x in Haggaï, 19 x Zacharia en 1 x in Maleachi.
Dat betekent dat de God in het Oude Testament veel vaker door profeten tot de mensen sprak dan in het Nieuwe Testament. Dat betekent ook dat God Zich in het Oude Testament anders openbaarde aan de mensen dan in het Nieuwe testament. Dat kan ik begrijpen, want in het Nieuwe testament was Christus degene die de woorden van God doorgaf zie Hebreeën 1: 1.

Samenvatting: Ik krijg in dit gedeelte antwoord op vijf van mijn punten namelijk op punt 1, 2, 5, 6 en 7.

1. Kunnen we leren profeteren en moeten we er naar streven
 God gaf de gave aan de persoon die Hij er voor aanwees. Het was wel belangrijk dat deze persoon gehoorzaam was aan Gods wetten en geboden. 
2. Is profetie in het Oude Testament vermanend en geeft het in het Nieuwe Testament toekomst en hoop
In het Oude testament is profetie vermanend, maar ook hoopvol. 
5. Is er over profetie een vastomlijnde definitie te geven
Zie Deuteronomium 18: 22. 
6. Zullen alleen mensen die er voor openstaan kunnen profeteren
Profeteren heeft met 'geloof of vertrouwen in God te maken, zoals in Numeri 11: 29. Als dat geloof en vertrouwen er is dan zoekt God de profeten uit en geeft de gave. De profeten konden niet onder hun opdracht uit. 
7. Is profetie in Gods woord vooral bemoedigend
Lang niet altijd. Het was ook vermanend en kondigde oordelen aan bij ongehoorzaamheid.

B. Profeten in het nieuwe Testament.

Op diverse sites wordt uitgelegd dat iedere gelovige kan profeteren en zich er naar uit mag strekken. In de inleiding van deze studie heb ik laten zien hoe men dit ziet. Men gebruikt Handelingen 2: 17, 18 en 1 Korinthe 14 om deze mening te ondersteunen. Men gaat er vanuit dat wij in die laatste dagen van Handelingen leven. Deze dagen zouden al 2000 jaar duren. Men gaat er vanuit dat Handelingen nog steeds relevant is.

Handelingen 2: 17, 18 17 En het zal zijn in de laatste dagen, (zegt God) Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, en uw jongelingen zullen gezichten zien, en uw ouden zullen dromen dromen. 18 En ook op Mijn dienstknechten, en op Mijn dienstmaagden, zal Ik in die dagen van Mijn Geest uitstorten, en zij zullen profeteren.

1 Korinthe 14: 1, 3, 4, 31, 39a 1 Jaag de liefde na en streef naar de geestelijke gaven, en vooral daarnaar dat u mag profeteren. 3 Wie echter profeteert, spreekt tot mensen woorden van opbouw en vermaning en troost. 4 Wie in een andere taal spreekt, bouwt zichzelf op, maar wie profeteert, bouwt de gemeente op. 31 Want u kunt allen, de één na de ander, profeteren, opdat allen leren en allen bemoedigd worden. 39a Daarom, broeders, streef ernaar om te profeteren,

Op het eerste gezicht lijkt de uitleg van de sites te kloppen. Maar er zijn meer teksten die ik erbij moet lezen. Als ik al die teksten op een rijtje zet dan krijg ik een ander beeld over profeteren. Ik geloof dat profeteren in het Nieuwe Testament een verlengde is van profeteren in het Oude Testament. In het Oude testament, toen er nog geen geschreven woord van God was, gaf God profeten die Zijn woorden moesten door geven. Het waren niet alleen maar bemoedigende troostende woorden. Verre van dat. In het Nieuwe Testament worden veel van die profetieën aangehaald. Ze zijn vervuld, of moeten nog vervuld worden. Dat betekent dat de profetieën in het Nieuwe Testament eveneens vermanend en hoopvol zijn. Die vermaning en hoop zijn met name gericht op het volk Israël. Zij zijn het volk van God waar het om draait in Gods Woord. Met hen had en heeft God een duidelijk plan. Uit Israël komt de Messias voort. 

Johannes de Doper en de Here Jezus worden door de mensen profeten genoemd in Mattheus 21: 26 en 46. 

In de nieuwtestamentische brieven komen 'profeten' 18 keer voor. Ik haal enkele teksten aan. 

Hebreeën 1: 1 Nadat God voorheen vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij in deze laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon,

2 Petrus 3: 2 opdat u zich de woorden herinnert die door de heilige profeten voorheen gesproken zijn, en het gebod van de Heere en Zaligmaker, dat door middel van ons, apostelen, verkondigd is.

In Hebreeën 1: 1 zie ik duidelijk een verschil zien tussen Gods spreken in het Oude en het Nieuwe Testament. God sprak in het Oude Testament door de profeten. Dat is wat ik in het voorgaande gedeelte ook heb mogen zien. In het Nieuwe testament heeft God door Christus, Zijn Zoon, gesproken. Dit zijn twee basis elementen voor het begrijpen van het profeteren. Daarbij lees ik in de Hebreeën brief dat het om de 'laatste dagen' gaat. Dat staat precies zo in Handelingen 2: 17. De 'laatste dagen' waren in de periode van de Handelingen en tijdens het schrijven ven de Hebreeën brief nabij gekomen. Maar doordat Israël Zijn Messias niet heeft aangenomen zijn de 'laatste dagen' uitgesteld. Er zullen er in de toekomst opnieuw 'laatste dagen' komen. Dit zal zijn voordat Christus terugkomt. Dan zullen de Israëlieten Christus aanvaarden als hun Koning.

Terwijl ik in Handelingen 2: 17 en 18 lees dat allen zullen profeteren lijkt dat in 1 Korinthe 12: 28 niet meer het geval te zijn. Daar lees ik dat God sommigen in de gemeente gegeven heeft als een profeet. Vers 29 bevestigt dit. Want als ik antwoord geef op die vragen moet ik zeggen dat het 'nee' is. 1 Korinthe 14 : 29 en 32 voegen beperkingen aan de bediening van profeten toe. Ik geloof dat dit verschil komt door het volhardende ongeloof van het volk Israël. Het wordt steeds duidelijker dat de 'laatste dagen' niet zullen aanbreken. Daardoor verdwijnt de profetie van Handelingen 2 langzamerhand uit beeld. En met die profetie verdwijnen ook de profeten. God laat Zijn Woord schrijven door de apostelen en daar vind men de informatie in die nodig is en was. Zie ook 1 Korinthe 13 : 8 – 12.

1 Korinthe 12: 28, 29 28 God nu heeft sommigen in de gemeente een plaats gegeven: ten eerste apostelen, ten tweede profeten, ten derde leraars, vervolgens krachten, daarna genadegaven van genezingen, vormen van hulpverlening, bestuurlijke gaven, allerlei talen. 29 Zijn zij soms allen apostelen? Zijn zij soms allen profeten? Zijn zij soms allen leraars? Zijn zij soms allen krachten?

1 Korinthe 13: 8 – 12 8 De liefde vergaat nooit. Wat dan profetieën betreft, zij zullen tenietgedaan worden, wat talen betreft, zij zullen ophouden, wat kennis betreft, zij zal tenietgedaan worden. 9 Want wij kennen ten dele en wij profeteren ten dele, 10 maar wanneer het volmaakte zal gekomen zijn, zal wat ten dele is, tenietgedaan worden. 11 Toen ik een kind was, sprak ik als een kind, dacht ik als een kind, overlegde ik als een kind, maar nu ik een man geworden ben, heb ik het kinderlijke tenietgedaan. 12 Nu immers kijken wij door middel van een spiegel in een raadsel, maar dan zullen wij zien van aangezicht tot aangezicht. Nu ken ik ten dele, maar dan zal ik kennen, zoals ik zelf gekend ben. 

1 Korinthe 14: 29, 32 29 En laten twee of drie profeten spreken, en laten de anderen het beoordelen. 32 En de geesten van de profeten zijn aan de profeten zelf onderworpen.

Vervulde profetieën.

In het evangelie van Mattheus lees ik 14 x over een vervulde profetie. In Marcus 2 x. In Lukas 4 x. In Johannes 9 x en in Handelingen 3 x. De laatste keer is in Handelingen 3: 18 en de eerste keer is in:

Mattheus 1: 22, 23 22 Dit alles is geschied opdat vervuld werd wat door de Heere gesproken is door de profeet, toen hij zei: 23 Zie, de maagd zal zwanger worden en een Zoon baren, en u zult Hem de naam Immanuel geven; vertaald betekent dat: God met ons.

Handelingen 3: 18 maar God heeft op die manier vervuld wat Hij bij monde van al Zijn profeten aangekondigd had, namelijk dat de Christus lijden zou.

Er is een profetie die 3 keer voorkomt in de Bijbel namelijk in Jesaja 6: 9, 10, Mattheus 13: 14, 15 en in Handelingen 28: 26, 27. 

Jesaja 6: 9, 10 9 Toen zei Hij: Ga en zeg tegen dit volk: Luister voortdurend, maar u zult het niet begrijpen. Zie voortdurend, maar u zult het niet opmerken. 10 Maak het hart van dit volk vet, en stop hun oren toe, en sluit hun ogen; anders zullen zij met hun ogen zien, en met hun oren horen, en met hun hart begrijpen en zich bekeren, en zal Hij hen genezen.

Mattheus 13: 14, 15 14 En in hen wordt de profetie van Jesaja vervuld die zegt: Met het gehoor zult u horen, maar beslist niet begrijpen; en ziende zult u zien, maar beslist niet opmerken. 15 Want het hart van dit volk is vet geworden, en zij hebben met de oren slecht gehoord, en hun ogen hebben zij dichtgedaan, opdat zij niet op enig moment met de ogen zouden zien en met de oren horen en met het hart begrijpen, en zij zich zouden bekeren en Ik hen zou genezen.

Handelingen 28: 26, 27 26 Ga naar dit volk toe en zeg: Met het gehoor zult u horen, maar beslist niet begrijpen, en ziende zult u zien, maar beslist niet opmerken, 27 want het hart van dit volk is vet geworden en zij hebben met de oren slecht gehoord, en hun ogen hebben zij dichtgedaan, opdat zij niet op enig moment met de ogen zouden zien en met de oren horen en met het hart begrijpen, en zij zich zouden bekeren en Ik hen zou genezen.

Doordat deze profetie 3 keer bijna op dezelfde manier wordt doorgegeven aan het volk Israël krijg ik de indruk dat dit heel belangrijk is. In Jesaja 6: 10 lees ik dat God zegt tegen Jesaja dat de harten van het volk Israël vet gemaakt zullen worden. Door hun voortdurende ongehoorzaamheid konden ze niet meer zien, horen en zich bekeren. In de andere twee teksten zie ik dat deze vetheid bestendigd is en dat het volk Israël hierin heeft volhard ondanks de komst van de Here Jezus en de bediening van de twaalf apostelen. Die ongehoorzaamheid duurt voort tot in de periode van de evangeliën en zelfs tot aan het einde van de periode van Handelingen. Wel weet ik dat God lankmoedig is over Zijn volk. In de toekomst zullen de Israëlieten zich bekeren en hun Messias wel aannemen.

De Schrift.

In mijn SV online Bijbel van het Nieuwe Testament vind ik 30 keer de uitdrukking 'de Schrift' of alleen 'Schrift'. Het staat 4 x in de evangeliën, 2 x in Handelingen, 9 x in de brieven van Paulus, 4 x in Jakobus en in 2 x in de brieven van Petrus. Het merendeel van deze teksten zijn aangehaalde of vervulde teksten uit het Oude Testament.

In de brieven van Petrus lees ik in 2 Petrus 1: 21 over profetie die destijds in het Oude Testament, in de Schrift, werd voortgebracht. Daarin staat dat heilige mensen door de Heilige Geest gedreven hebben gesproken. Petrus acht het nodig om, in vers 20, aan de vreemdelingen in de verstrooiing (1 Petrus 1: 1) door te geven dat geen enkele profetie een eigen uitleg toelaat. Door tekst met tekst te vergelijken kan ik zo dicht mogelijk bij de bedoeling van de profetie komen.

In 2 Petrus 3: 2 wil Petrus de gelovigen oproepen door zijn brief (vers 1) om zich de woorden van de heilige profeten te herinneren. Zij hebben voorheen, dus ten tijde van het Oude Testament, gesproken. Ook moeten de gelovigen blijven denken aan dat wat door de apostelen is verkondigd.

2 Petrus 1: 20, 21 20 Dit moet u allereerst weten, dat geen enkele profetie van de Schrift een eigenmachtige uitleg toelaat; 21 want de profetie is destijds niet voortgebracht door de wil van een mens, maar heilige mensen van God, door de Heilige Geest gedreven, hebben gesproken.

2 Petrus 3: 2 opdat u zich de woorden herinnert die door de heilige profeten voorheen gesproken zijn, en het gebod van de Heere en Zaligmaker, dat door middel van ons, apostelen, verkondigd is.

Profeten in Efeze.

Efeze 2: 20 gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is
In Efeze 2: 20 staat dat de Gemeente, Het Lichaam van Christus want daar gaat het over in deze brief, gebouwd is op fundamenten die gelegd zijn door de apostelen en profeten. Dat is gebeurd. Ik kan dat lezen in Gods Woord. Het hoeft niet aangevuld te worden.

Efeze 3: 5 dat in andere tijden niet bekendgemaakt is aan de mensenkinderen, zoals het nu geopenbaard is aan Zijn heilige apostelen en profeten door de Geest,
In Efeze 3: 1 – 5 lees ik dat er in de Efeze brief een openbaring, door Paulus, bekend gemaakt werd die nog niet eerder bekend was gemaakt. Paulus mocht dit doorgeven aan de apostelen en profeten in die tijd en ook aan ons. Ik geloof niet dat deze openbaring nog aanvullingen nodig heeft.

Efeze 4: 11 – 13 11 En Hij heeft sommigen gegeven als apostelen, anderen als profeten, weer anderen als evangelisten en nog weer anderen als herders en leraars, 12 om de heiligen toe te rusten tot het werk van dienstbetoon, tot opbouw van het lichaam van Christus, 13 totdat wij allen komen tot de eenheid van het geloof en van de kennis van de Zoon van God, tot een volwassen man, tot de maat van de grootte van de volheid van Christus,
In Efeze 4: 11 heeft Christus sommigen, niet allen, gegeven als apostelen en profeten. Er waren 12 apostelen nodig. Deze zijn door de Here Jezus zelf aangewezen en benoemd. Ook al zijn er tegenwoordig voorgangers die zich een apostel noemen of laten noemen, ik geloof dit niet. Zij zijn net als iedere andere gelovige leden van het Lichaam van Christus. En net als dat er nu geen apostelen meer nodig zijn, zijn er ook geen profeten nodig die nog meer van Gods Woorden zouden moeten toevoegen. Ik heb een Bijbel die compleet is. Daar heb ik genoeg aan voor in dit leven.

Evangelisten, herders en leraars kunnen zich onderscheiden van andere gelovigen door hetgeen zij doen. Dit kan dus evangeliseren, het dienen van de plaatselijke gemeente of het onderwijzen van de Schrift zijn. Dit alles duurt totdat allen komen tot de eenheid van het geloof; vers 13.
Paulus schreef in 2 Timotheüs 3 een aantal ernstige waarschuwingen. Ik zou dit een 'profetie' kunnen noemen. Paulus heeft het over de 'laatste dagen'. Hij beschrijft de houding van gelovigen die altijd leren maar nooit tot kennis van de waarheid kunnen komen. Veel gelovigen menen dat er 'opwekking' zal komen onder de christenen. De woorden in Timotheüs 3 lijken dit tegen te spreken. Ik geloof ook in een opwekking namelijk die van het volk Israël in de toekomst.

2 Timotheüs 3: 1 – 5, 7 1 En weet dit dat in de laatste dagen zware tijden zullen aanbreken. 2 Want de mensen zullen liefhebbers zijn van zichzelf, geldzuchtig, grootsprekers, hoogmoedig, lasteraars, hun ouders ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig, 3 zonder natuurlijke liefde, onverzoenlijk, kwaadsprekers, onmatig, wreed, zonder liefde voor het goede, 4 verraders, roekeloos, verwaand, meer liefhebbers van zingenot dan liefhebbers van God. 5 Zij hebben een schijn van godsvrucht, maar hebben de kracht ervan verloochend. Keer u ook van hen af. 7 die altijd leren en nooit tot kennis van de waarheid kunnen komen.

Profetie in Openbaring.

Openbaring 1: 1 - 3 1 Openbaring van Jezus Christus, die God Hem gegeven heeft om Zijn dienstknechten te laten zien wat spoedig moet geschieden, en die Hij door Zijn engel gezonden en aan Zijn dienstknecht Johannes te kennen heeft gegeven. 2 Deze heeft van het Woord van God getuigd en van het getuigenis van Jezus Christus, alles wat hij gezien heeft. 3 Zalig is hij die leest en zijn zij die horen de woorden van de profetie, en die in acht nemen wat daarin geschreven staat, want de tijd is nabij.
Openbaring 10: 11 En Hij zei tegen mij: U moet opnieuw profeteren over vele volken, naties, talen en koningen.
Openbaring 11: 3 En Ik zal Mijn twee getuigen macht geven, en zij zullen, in rouwkleding gekleed, twaalfhonderdzestig dagen lang profeteren.
Openbaring 19: 10 Het getuigenis van Jezus is namelijk de geest van de profetie.
Openbaring 22: 10 7 En zie, Ik kom spoedig. Zalig is hij die de woorden van de profetie van dit boek in acht neemt. 10 En hij zei tegen mij: Verzegel de woorden van de profetie van dit boek niet, want de tijd is nabij.

Openbaring is bij uitstek het boek van de profetieën. Het is de Openbaring van Jezus Christus over de dingen die nog komen gaan met betrekking tot Israël en de wereld. Johannes is hier de profeet en moet de woorden en beelden die hij te zien krijgt opschrijven. In Openbaring 11 lees ik over de twee getuigen die macht krijgen om 1260 dagen lang profeteren.
Dan lees ik in Openbaring 22: 18 en 19 een paar flinke waarschuwingen die zeker gelden voor de profetie uit het boek Openbaring. Niemand mag iets toevoegen of weghalen van deze profetie. Ik geloof dat er ook geen profetieën aan de rest van Gods volmaakte Woord hoeven worden toegevoegd. En profetieën over de toekomst van personen zou ik sowieso niet geloven.

Openbaring 22: 18, 19 18 Want ik getuig aan ieder die de woorden van de profetie van dit boek hoort: Als iemand iets aan deze dingen toevoegt, zal God hem de plagen toevoegen die in dit boek geschreven zijn. 19 En als iemand afdoet van de woorden van het boek van deze profetie, zal God zijn deel afdoen van het boek des levens, en van de heilige stad, van de dingen die in dit boek geschreven zijn.

Valse profeten.

Als laatste rest mij nog iets te zeggen over valse profetieën. De Here Jezus waarschuwde in Mattheus 24: 11, 24 en in Markus 13: 22 voor valse profeten en valse christussen die grote tekenen zullen gaan doen om de uitverkorenen te verleiden. Ik geloof dat dit vooral in de periode van Openbaring, de eindtijd zal gebeuren en dat deze teksten op die periode betrekking hebben. Handelingen 13: 6 is daar een voorbeeld van. In Handelingen was de spoedige wederkomst van Christus nog actueel. Maar doordat het volk Israël niet tot geloof kwam werd de wederkomst uitgesteld zoals ik al eerder heb geschreven.

Mattheus 24: 11, 24 11 En er zullen veel valse profeten opstaan en die zullen er velen misleiden. 24 want er zullen valse christussen en valse profeten opstaan en zij zullen grote tekenen en wonderen doen, zó dat zij als het mogelijk zou zijn ook de uitverkorenen zouden misleiden
Markus 13: 22 Want er zullen valse christussen en valse profeten opstaan en zij zullen tekenen en wonderen doen om als het mogelijk zou zijn ook de uitverkorenen te misleiden
Handelingen 13: 6 En toen zij het eiland doorgegaan waren tot Pafos toe, troffen zij een zekere tovenaar aan, een valse profeet, een Jood van wie de naam Barjezus was.

In 2 Petrus 2: 1 en 1 Johannes 4: 1 vind ik waarschuwingen tegen valse profeten. Openbaring is het boek van de toekomstige profetie, maar ook van de toekomstige valse profeet. Ik lees over hem in Openbaring 19: 20 en 20 : 10. 

2 Petrus 2: 1 Maar er zijn ook valse profeten onder het volk geweest, zoals er ook onder u valse leraars zullen zijn, die heimelijk verderfelijke afwijkingen in de leer zullen invoeren. Daarmee verloochenen zij zelfs de Heere, Die hen gekocht heeft, en brengen zij een snel verderf over zichzelf.

1 Johannes 4: 1 Geliefden, geloof niet elke geest, maar beproef de geesten of zij uit God zijn; want er zijn veel valse profeten in de wereld uitgegaan.

Openbaring 19: 20 En het beest werd gegrepen, en met hem de valse profeet, die in zijn tegenwoordigheid de tekenen gedaan had, waardoor hij hen misleid had die het merkteken van het beest ontvangen hadden en die zijn beeld aanbeden hadden. Deze twee werden levend geworpen in de poel van vuur, die van zwavel brandt.

Openbaring 20: 10 En de duivel, die hen misleidde, werd in de poel van vuur en zwavel geworpen, waar ook het beest en de valse profeet reeds zijn. En zij zullen dag en nacht gepijnigd worden in alle eeuwigheid. En de duivel, die hen verleidde, werd geworpen in den poel des vuurs en sulfers, alwaar het beest en de valse profeet zijn; en zij zullen gepijnigd worden dag en nacht in alle eeuwigheid.

C. Wat is profeteren in deze tijd?

Doordat vele gelovigen menen dat er ook nu nog geprofeteerd kan worden moet ik de waarschuwende teksten ook nu ter harte nemen. Maar het is wel bijzonder dat in de latere brieven van Paulus, die gericht zijn aan De Gemeente Het Lichaam van Christus, geen waarschuwingen staan voor valse profetie. Eigenlijk is dit heel logisch. Als God geen profeten geeft in deze tijd dan kan er ook geen valse profetie zijn. In Efeze 6: 10 – 20 vind ik de geestelijke wapenrusting. Het is belangrijk dat ik deze aan heb om te kunnen onderscheiden waar ik mee te maken heb.

Ik vind in Filippenzen 3: 1 – 16 wel een waarschuwing voor valse leraars, althans deze waarschuwing staat boven dit gedeelte in mijn Statenvertaling. Verder lees ik in 2 Timotheüs 3: 2 – 9 een aantal negatieve eigenschappen van mensen.
Ik ben dus iemand die behoort tot de categorie die gelooft dat profetie in deze tijd niet meer van toepassing is, omdat de profetie ophield toen de Bijbel compleet was. Dit werd als een punt van kritiek aangevoerd op de site Herschepping”. Bovendien schrijft men op deze site dat “het begrip 'profetie' versmald wordt tot zoiets als 'woordbediening' en dat doet geen recht aan de Bijbelse boodschap.Ik zie die versmalling als iets positiefs. Het voorkomt verwarring. Woordbediening kan mij alles leren over datgene wat God ons heeft nagelaten. Gods Woorden in de Bijbel zijn voor mij heilig en kostbaar. Ze zijn de leidraad voor mijn leven.

Samenvatting: Ik krijg in dit gedeelte antwoord op al mijn punten:

1. Kunnen we leren profeteren en moeten we er naar streven? 
Zolang Israël zich kon bekeren en het Woord van God nog niet af was, was dit het geval. God gaf de gave aan de persoon die Hij er voor aanwees. Ik denk hierbij aan Johannes. Maar nu zijn profeten niet meer nodig.                                        2. Is profetie in het Oude Testament vermanend en geeft het in het Nieuwe Testament toekomst en hoop? 
In het Oude testament was profetie vermanend, maar ook hoopvol. Datzelfde geld voor het Nieuwe Testament. 
3. Is profetie 'luisteren naar God voor anderen'? 
Ik geloof niet dat ik moet luisteren naar God voor anderen. Zeker niet als het gaat om de manier van profeteren die over het algemeen wordt geleerd. God is bij machte om elke gelovige Zijn Woorden duidelijk te maken door Zijn Woord en Geest. Natuurlijk kan ik wel mijn kennis delen met anderen. Dit kan tot zegen zijn. Maar mijn persoonlijke ervaring is dat ik het meeste leer en onthoud als ik zelf onderzoek in Gods Woord. 
4. Klopt het dat profeteren relevant is voor onze tijd omdat er veel visioenen en profetieën op het web staan? Zijn dat de feiten die men tegenwoordig ziet
Dat is wel wat ik lees op de site Herschepping. Maar niet het web bepaald of profeteren heden ten dage relevant is. De feiten over profeteren kan ik alleen maar halen uit Gods Woord. Het gaat om Bijbelteksten die, gedreven door de Heilige Geest, opgeschreven moesten worden, met name in het Oude Testament. Als iemand deze teksten gebruikt dan heeft het geen zin om ze in eigen woorden te vertellen en er 'zo spreekt de Heer' bij te zeggen. Diegene kan gewoon zeggen waar deze tekst te vinden is en dat hij/zij op dat moment aan deze tekst moet denken. Samen kan dan over de betekenis van de tekst worden nagedacht. 
5. Is er over profetie een vastomlijnde definitie te geven? 
Zie Deuteronomium 18: 22. Ik lees veel waarschuwingen in de Bijbel en een vermindering van profetieën in het Nieuwe Testament. In Openbaring, in de laatste dagen, zal de profetie weer toenemen. Gods Woord is geschreven en is af. Er zijn nu geen profetieën meer nodig. Alles staat beschreven in de Bijbel. Ik vind er alle informatie die ik nodig heb om met en voor God te kunnen leven. In tegenstelling tot het Oude Testament, waar profeten in opdracht van God moesten spreken, staat in 1 Korinthe 14: 32 dat de geesten van de profeten aan de profeten onderworpen zijn. 
6. Zullen alleen mensen die er voor openstaan kunnen profeteren
Profeteren heeft ook in het Nieuwe Testament met 'geloof of vertrouwen in God te maken. Als dat geloof en vertrouwen er was dan zocht God de profeten uit en gaf de gave. De profeten konden niet onder hun opdracht uit. Ik denk in het bijzonder aan Johannes op Patmos. 
7. Is profetie in Gods woord vooral bemoedigend
Profetie is ook in het Nieuwe Testament lang niet altijd bemoedigend. Aangehaalde teksten uit het Oude Testament blijven ernstig vermanend. 
8. Waarom sterven mensen tegenwoordig niet wanneer hun profetie een 'eigen' woord is
Ik geloof dat wij nu in de 'genade bedeling' leven. Daarin straft God niet op de manier als ten tijde van het Oude Testament, de evangeliën en Handelingen. 
9. Kan ik profeteren uittesten om verbeelding uit te sluiten? Omdat er geen profetieën meer door God worden gegeven hoeft er niets uit getest te worden.

D. Hoe kan ik mensen hoop en troost bieden?

Ik geloof dat ik mensen hoop en troost kan bieden door met hen de Bijbel te lezen. Hen vragen hierover te stellen en met hen te bidden als zij er voor open staan. En wat heel erg belangrijk is om naar ze te luisteren en met hun mee te leven.

2 Korinthe 1: 2 – 5 2 genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heere Jezus Christus. 3 Geprezen zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, de Vader van de barmhartigheden en de God van alle vertroosting, 4 Die ons troost in al onze verdrukking, zodat wij hen kunnen troosten die in allerlei verdrukking zijn, met de vertroosting waarmee wij zelf door God getroost worden. 5 Want zoals het lijden van Christus overvloedig over ons komt, zo is door Christus ook onze vertroosting overvloedig.

Efeze 1: 17 – 23 17 opdat de God van onze Heere Jezus Christus, de Vader van de heerlijkheid, u de Geest van wijsheid en van openbaring geeft in het kennen van Hem, 18 namelijk verlichte ogen van uw verstand, om te weten wat de hoop van Zijn roeping is, en wat de rijkdom is van de heerlijkheid van Zijn erfenis in de heiligen, 19 en wat de allesovertreffende grootheid van Zijn kracht is aan ons die geloven, overeenkomstig de werking van de sterkte van Zijn macht, 20 die Hij gewerkt heeft in Christus, toen Hij Hem uit de doden opwekte en aan Zijn rechterhand zette in de hemelse gewesten, 21 ver boven alle overheid en macht en kracht en heerschappij en elke naam die genoemd wordt, niet alleen in deze wereld, maar ook in de komende. 22 En Hij heeft alle dingen aan Zijn voeten onderworpen en heeft Hem als hoofd over alle dingen gegeven aan de gemeente, 23 die Zijn lichaam is en de vervulling van Hem Die alles in allen vervult.

Kolossenzen 1: 3, 5 3 Wij danken de God en Vader van onze Heere Jezus Christus altijd wanneer wij voor u bidden, 5 vanwege de hoop die voor u is weggelegd in de hemelen. Hiervan hebt u eerder gehoord door het Woord van de waarheid, namelijk van het Evangelie.

Titus 1: 2 In de hoop op het eeuwige leven, dat God, Die niet liegen kan, vóór de tijden der eeuwen beloofd heeft. En Hij heeft op de door Hem bestemde tijd Zijn Woord geopenbaard,

Titus 2: 13 Terwijl wij verwachten de zalige hoop en verschijning van de heerlijkheid van de grote God en onze Zaligmaker, Jezus Christus.


Geen opmerkingen: