Deze studie is het vervolg op:
Deel 1: Het Koninkrijk van God"
Deel 2: "De opname" en "wat er gebeurt bij het sterven"
Deel 3: "De opstandingen van de gelovige en ongelovige" van de Bijbelstudie: "
DE TOEKOMST VAN DE MENS"
De studie behandelt de volgende onderwerpen:
7. Poel van vuur.
7.1 Dag en nacht.
7.2 Vernietiging van de duivel.
7.3 Tweede dood.
8. Gehenna.
8.1 Eeuwige vuur.
8.2 Onuitblusbaar vuur.
8.3 Levend of dood in de gehenna.
8.4 Markus 9: 43 – 48.
8.5 Hun worm.
9. Oordeel.
9.1 De bokken.
9.2 De grote verdrukking.
9.3 Voleinding van de eeuw.
9.4 Vergaat de wereld?
9.5 Verderven.
9.6 De dagen van Noach.
9. 7 Samenvatting Deel 1, 2, 3, en 4.
7. Poel
van vuur.
Openb.19: 20
En het beest werd gegrepen, en met hetzelve de valse profeet, die de
tekenen in de tegenwoordigheid van hetzelve gedaan had, door welke hij verleid
had, die het merkteken van het beest ontvangen hadden, en die deszelfs beeld
aanbaden. Deze twee zijn levend geworpen in den poel des vuurs, die met sulfer
brandt.
Openb.20: 10, 15
10 En de duivel, die hen verleidde, werd geworpen in den poel des vuurs
en sulfers, alwaar het beest en de valse profeet zijn; en zij zullen gepijnigd
worden dag en nacht in alle eeuwigheid. 15
En zo iemand niet gevonden werd geschreven in het boek des levens, die
werd geworpen in den poel des vuurs.
Bij het
lezen van deze teksten valt op dat er niet gesproken wordt van ‘de hel’, maar
van een poel van vuur, gevuld met sulver, zwavel, waardoor het vuur brandt. De tekst zelf geeft
er de verklaring voor, want het gaat hier niet over de ‘hel’ (hades) oftewel
het graf. In deze poel van vuur vindt
dag en nacht een pijniging plaats tot in der eeuwigheid. Ik heb gezien dat in der
eeuwigheid in het Grieks was: ‘eis ho aion’ en dit betekent: tot in de eeuw.
Maar hier staat in de grondtekst 2 keer eeuw, terwijl het woord ‘alle’
er niet in voor komt. In het Grieks staat er: ‘eis tous aionios to aionios’ en
dit kan letterlijk vertaald worden door: ‘tot op de eeuw der eeuw’. En hier
moet ik dan de vraag stellen tot op welke eeuw de poel van vuur met zijn
pijniging duurt?
Ik wil eerst gaan kijken wat er geschreven staat over de poel van vuur.
In Openbaring 19: 20 lees ik dat het beest en de profeet levend in de poel van vuur worden gegooid. Dit is aan het begin van het duizend jarig rijk.
In Openbaring 20: 3 en 4 wordt Satan voor duizend duizend jaar in de afgrond geworpen en gebonden.
In Openbaring 20: 7 wordt Satan losgelaten om de volken te misleiden.
In Openbaring 20: 10 wordt Satan in de poel van vuur geworpen waar het beest en de profeet al duizend jaar gepijnigd worden.
In Openbaring 20: 14 worden de dood en het graf in de poel van vuur geworpen. Dit is de tweede dood.
In Openbaring 20: 15 worden degenen die niet in het boek des levens staan in de poel van vuur geworpen.
In paragraaf 1.4
deel 1 van de studie
“De toekomst van de mens” heb ik teksten aangehaald die gaan over het helse vuur en het onuitblusselijke vuur. Dit betreft dezelfde poel van vuur even als de 'gehenna' waar in de evangeliën over wordt geschreven. Dit is in de diverse vertalingen niet zichtbaar omdat 'gehenna' met 'hel' is vertaald. Wel wordt duidelijk dat de gehenna in de evangeliën toekomst is. Met die toekomst wordt het duizend jarig rijk bedoeld.
Ik krijg de indruk dat de poel van vuur tijdens het duizend jarig rijk constant brandt. Na die duizend jaar breekt een volgend tijdperk aan namelijk dat van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde, en ik geloof dat de pijniging in de poel duurt tot op die eeuw en niet voor altijd.
Openb.21: 1
En ik zag een nieuwen hemel en een nieuwe aarde; want de eerste hemel,
en de eerste aarde was voorbijgegaan, en de zee was niet meer.
7.1 Dag
en nacht.
Als ik nog even beter kijk naar
de eeuw van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde dan zie ik in die eeuw geen dag
en nacht meer zal zijn, dus kan de pijniging ook niet dag en nacht doorgaan.
Openb.21: 23, 25
23 En de stad behoeft de zon en de maan niet, dat zij in dezelve zouden
schijnen; want de heerlijkheid Gods heeft haar verlicht, en het Lam is haar
Kaars. 25 En haar poorten zullen niet
gesloten worden des daags; want aldaar zal geen nacht zijn.
Openb.22: 5
En aldaar zal geen nacht zijn, en zij zullen geen kaars noch licht der
zon van node hebben; want de Heere God verlicht hen; en zij zullen als koningen
heersen in alle eeuwigheid.
Deze teksten bevestigen dat het
met de tweede dood afgelopen is met al de pijn en het kwaad, en dat het dus
niet in eeuwigheid doorgaat. Ik wil nog een tekst lezen.
Jes.30: 8 Nu dan, ga henen, schrijf voor
hen op een tafel, en teken het in een boek, opdat het blijve tot den
laatsten dag, voor altoos, tot in eeuwigheid.
Hier zie ik bevestigd wat ik
zonet ontdekt heb. Dit wat in Jesaja geschreven is blijft tot op de laatste
dag. En als er een nieuwe hemel en aarde
gekomen en er geen dag en nacht meer zal zijn, zullen deze woorden niet
meer van toepassing zijn.
7.2 Vernietiging
van de duivel.
Vervolgens
lees ik Ezechiël 28: 18 dat de gezalfde overdekkende cherub uit (vers 14) tot
as op de aarde gemaakt
wordt.
Als iets tot as verbrand is, is er niets meer van over. Het kan niet meer dag
en nacht gepijnigd worden.
Ez.28: 18
Vanwege de veelheid uwer ongerechtigheden, door het onrecht uws
koophandels, hebt gij uw heiligdommen ontheiligd; Daarom heb Ik een vuur uit
het midden van u doen voortkomen, dat u heeft verteerd, en Ik heb u gemaakt tot
as op de aarde, voor de ogen van al degenen, die u zien.
Deze
vernietiging van de duivel lees ik ook in:
Hebr.2: 14
Overmits dan de kinderen des vleses en bloeds deelachtig zijn, zo is Hij
ook desgelijks derzelve deelachtig geworden, opdat Hij door den dood te niet
doen zou dengene, die het geweld des doods had, dat is, den duivel;
Teniet
doen is in het Grieks katargeo en betekent: vernietigen, wegsterven, wegdoen,
niets, nul, nutteloos.
Er komt
dus een einde aan de poel van vuur met zijn pijniging. Dat wordt ook nog eens
bevestigd door ‘de tweede dood’.
7.3 Tweede
dood.
Openb.20: 14 En de dood en de hel (hades) werden
geworpen in den poel des vuurs; dit is de tweede dood.
Openb.21: 8
Maar den vreesachtigen, en ongelovigen, en gruwelijken, en doodslagers,
en hoereerders, en tovenaars, en afgodendienaars, en al den leugenaars, is hun
deel in den poel, die daar brandt van vuur en sulfer; hetwelk is de tweede
dood.
In het Grieks is dood hier
‘thanatos’ Dit is een zelfstandig naamwoord. Dood is hier dus werkelijk dood.
Maar het is de tweede dood. Ik zou kunnen zeggen dat het een definitief einde
is. Dat komt overeen met hetgeen ik hiervoor ontdekt heb.
Ik heb tot nu toe gezien dat
het beest en zijn profeet in Openbaring 19: 20 levend in de poel van vuur terecht komen. De duivel komt er in Openbaring 20: 10 bij. Maar in
Openbaring 21: 8 worden ook een heel rijtje personen genoemd, die hier ook
tot veroordeeld worden.
Deze mensen hebben de regering
van Christus meegemaakt. Zij hadden kunnen kiezen voor Hem, Die zij gezien
hebben, maar hebben dat blijkbaar niet gedaan. Zelf denk ik dat dit mede een
reden is dat deze mensen worden veroordeeld tot de poel van vuur.
Maar daarnaast komen ook de
dood en het graf in de tweede dood, de poel van vuur, die alles vernietigt en
tot as maakt.
En zo wordt het voor mij steeds
duidelijker dat er een einde komt aan datgene wat door de duivel tot stand is
gebracht. En het is een troostvolle wetenschap dat God naast de eeuwige
heerlijkheid niet een ‘eeuwige hel’ instant houd. Nee, onze God is een
rechtvaardige God, ook voor de ongelovigen.
Door deze teksten zo met elkaar
te vergelijken krijg ik een beter beeld van de begrippen die de Bijbel
gebruikt.
8. Gehenna.
Nu ik meen te weten wat de poel
van vuur inhoud wil ik gaan kijken wat het helse of eeuwige vuur is, waartoe
iemand veroordeeld wordt als hij niet voldoet aan de strenge regels binnen het
Koninkrijk (paragraaf 1.4
deel 1 van
"De toekomst van de mens").
Matth.5: 22
Doch Ik zeg u: Zo wie te onrecht op zijn broeder toornig is, die zal
strafbaar zijn door het gericht; en wie tot zijn broeder zegt: Raka! die zal
strafbaar zijn door den groten raad; maar wie zegt: Gij dwaas! die zal
strafbaar zijn door het helse vuur.
Matth.18: 9
En indien uw oog u ergert, trekt het uit, en werpt het van u. Het is u
beter, maar een oog hebbende, tot het leven in te gaan, dan twee ogen hebbende,
in het helse vuur geworpen te worden.
Mark.9: 47
En indien uw oog u ergert, werpt het uit; het is u beter maar een oog
hebbende in het Koninkrijk Gods in te gaan, dan twee ogen hebbende, in het
helse vuur geworpen te worden;
In de grondtekst staat voor
’helse’ in het Grieks:
gehenna en dit betekent: vallei van Hinnom, een vallei
bij Jeruzalem, naam voor de plaats van straf, vuilnisbelt.
De vallei van Hinnom slaat terug
op een plaats in het OT, het dal des zoons van Hinnom, waar men kinderen door
het vuur liet gaan, zie: 2 Kon.23: 10, 2 Kron.28: 3, 2 Kron.33: 6, Jer.7: 31 en Jer.32: 35.
Als ik de teksten over het dal van Hinnom, in
het Oude Testament, lees zie ik dat het een aanwijsbare plaats was, niet een
“geestelijk” oord. God spreekt er Zijn oordeel over uit.
De gehenna is een plaats voor straf, oordeel.
Dat zie ik in de teksten. In Openbaringen wordt de gehenna de poel van vuur
genoemd. Ik heb in hoofdstuk 7 gezien dat deze poel zal branden tijdens het
duizendjarig rijk.
Bovendien is de gehenna een vuilnisbelt. Ik heb gehoord van
mensen die in Israël zijn geweest dat er in de buurt van Jeruzalem inderdaad
een vuilnisbelt is, op de plaats waar vroeger het dal van Hinnom was. In deze vuilnisbelt wordt het
vuur brandende gehouden om de vuilnis goed te vernietigen.
8.1 Eeuwige
vuur.
Matth.18: 8
Indien dan uw hand of uw voet u ergert, houwt ze af en werpt ze van u.
Het is u beter, tot het leven in te gaan, kreupel of verminkt zijnde, dan twee
handen of twee voeten hebbende, in het eeuwige vuur geworpen te worden.
Matth.25: 41
Dan zal Hij zeggen ook tot degenen, die ter linkerhand zijn: Gaat weg
van Mij, gij vervloekten, in het eeuwige vuur, hetwelk den duivel en zijn
engelen bereid is.
In dit
vers vind ik de eigenlijke bedoeling van het vuur. Deze is bereid voor de
duivel en zijn engelen. In Openbaring 19: 20 en 20: 10 heb ik gezien dat zij
er ook inderdaad in komen en vernietigd worden.
In
paragraaf 1.1 (
deel 1 van
"De toekomst van de mens") heb ik gezien wat eeuwig betekend, namelijk van de eeuw. Dus
eeuwig vuur wil zeggen dat het hier gaat over het vuur van de eeuw. Datzelfde
heb ik gezien in hoofdstuk 7, waar ik tot de ontdekking kwam dat de poel van
vuur zal branden tijdens de eeuw van het Koninkrijk, oftewel het duizendjarig
rijk. Wat is het mooi om te zien hoe het woord van God zichzelf bevestigt.
8.2 Onuitblusbaar
vuur.
Matth3: 10, 12
10 En ook is alrede de bijl aan den wortel der bomen gelegd; alle boom
dan, die geen goede vrucht voortbrengt, wordt uitgehouwen en in het vuur
geworpen. 12 Wiens wan in Zijn hand is,
en Hij zal Zijn dorsvloer doorzuiveren, en Zijn tarwe in Zijn schuur
samenbrengen, en zal het kaf met onuitblusselijk vuur verbranden.
Mark.9: 43, 45
43 En indien uw hand u ergert, houwt ze af; het is u beter verminkt tot
het leven in te gaan, dan de twee handen hebbende, heen te gaan in de hel, in
het onuitblusselijk vuur; 45 En indien
uw voet u ergert, houwt hem af; het is u beter kreupel tot het leven in te
gaan, dan de twee voeten hebbende, geworpen te worden in de hel, in het
onuitblusselijk vuur;
Lukas 3: 17
Wiens wan in Zijn hand is, en Hij zal Zijn dorsvloer doorzuiveren, en de
tarwe zal Hij in Zijn schuur samenbrengen; maar het kaf zal Hij met
onuitblusselijk vuur verbranden.
Als de
gehenna een plaats van oordeel is, in de vorm van een poel van vuur, dan kan ik
begrijpen dat er in deze teksten gesproken wordt over het vuur. Maar wat is het
onuitblusselijke vuur? In Openbaring 19: 20 las ik dat de poel van vuur met
sulfer brandt. Dit sulfer houd het vuur dus brandende. Is het dan toch een
eeuwigdurende zaak? Nee, want ik heb gezien dat de tweede dood een einde aan de
poel van vuur maakt. Het maakt een einde aan iedereen die geen vrucht
voortbrengt, zoals God het bedoeld heeft in de eeuw van het Koninkrijk. Men
wordt als kaf verbrand.
8.3 Levend
of dood in de gehenna.
Matth.10: 28
En vreest u niet voor degenen, die het lichaam doden, en de ziel niet
kunnen doden; maar vreest veel meer Hem, Die beide ziel en lichaam kan
verderven in de hel (gehenna).
Luk.12: 5
Maar Ik zal u tonen, Wien gij vrezen zult: vreest Dien, Die, nadat Hij
gedood heeft, ook macht heeft in de hel, (gehenna), te werpen; ja, Ik zeg u,
vreest Dien!
Openb.19: 20b, 21
20 Deze twee (beest en de profeet) zijn levend geworpen in den poel des
vuurs, die met sulfer brandt. 21 En de overigen werden gedood met het zwaard
Desgenen, Die op het paard zat, hetwelk uit Zijn mond ging; en al de vogelen
werden verzadigd van hun vlees.
In deze
teksten lees ik dat God de totale mens, beide ziel (wat het leven is en
verbonden is met het lichaam) en lichaam kan verderven in de gehenna, nadat Hij
hen gedood heeft, Luk.12: 5 en Openb.19: 21. Mensen kunnen ook doden, maar
hebben geen macht om de totale mens te vernietigen. God alleen kan dit laatste
oordeel toepassen. In Openbaring 19: 20 lees ik dat het beest en de profeet
levend in de gehenna zullen worden geworpen. Maar terwijl ze er (levend) in
worden gegooid worden ze daarna
tenietgedaan zoals ik geconstateerd heb in paragraaf 7 tot en met 7.2.
8.4 Markus
9: 43 – 48.
Nu ik een beetje ga begrijpen wat de gehenna is, wil ik
eens kijken wat er in Markus 9: 43 – 48
staat. Deze teksten worden ook gebruikt bij het beeld wat men geschetst heeft
van ‘de hel’. Ik heb de verzen aangehaald uit de NBV vertaling.
43
Als je hand je op de verkeerde weg brengt, hak hem dan af: je kunt beter
verminkt het leven binnengaan dan in het bezit van twee handen naar de Gehenna
te moeten gaan, naar het onblusbare vuur.
44
45
Als je voet je op de verkeerde weg brengt, hak hem dan af: je kunt beter
kreupel het leven binnengaan dan in het bezit van twee voeten in de Gehenna
geworpen worden.
46
47
En als je oog je op de verkeerde weg brengt, ruk het dan uit: je kunt
beter met één oog het koninkrijk van God binnengaan dan in het bezit van twee
ogen in de Gehenna geworpen worden,
48
waar de wormen blijven knagen en het vuur niet dooft.
Het
eerste wat opvalt is dat NBV ‘gehenna’
onvertaald heeft gelaten.
Verder
valt op dat zij vers 44 en 46 niet hebben vertaald. Dit heb ik nagezocht in de
grondtekst. En inderdaad, in de grondtekst zijn deze verzen niet weer gegeven.
Het is dus in de SV twee keer te veel toegevoegd. Dit is zeker van belang, want
ik heb altijd geleerd dat als iets meerdere keren in de Bijbel voorkomt het
vast staat.
In het
NBG staan deze verzen in ieder geval nog tussen haakjes, wat er op duidt dat
het niet in de oorspronkelijke vertaling voorkomt. Maar die worm die altijd in
die mens blijf knagen, duidt dat dan niet op een eeuwigdurende straf voor
ongelovigen?
8.5 Hun
worm.
Om de
bedoeling van Markus 9: 48 te gaan begrijpen zal ik de Statenvertaling naast de
NBV zetten en vergelijken met de grondtekst.
Ik zie
een heel duidelijk verschil in vers 48 tussen de SV en de NBV vertaling.
SV: Waar hun worm niet sterft,
NBV: waar
de wormen blijven knagen
In de
grondtekst staat: hopou ho skoiex autos
ou
teleuto.
Dit
betekent: waar de worm ?
niet sterft.
Zo te
zien lijkt de SV de grondtekst goed te hebben vertaald. Maar de moeilijkheid
zit in het woordje ‘autos’ Dit betekent: derde persoon, haar, het zelf, een
ander, dezelfde, mijn eigen, zelf, zij, dat, hun.
In de SV
heeft men ‘autos’ laten slaan op de mens, waarvan men veronderstelt dat deze
eeuwig als ‘ziel’ in ‘de hel’ is. Het lidwoord ‘de’ heeft men vervangen door
‘hun’. En uitleggers verklaren dat de worm een geestelijke betekenis heeft, wat
inhoudt dat de mens in ‘de hel’ nooit vrij komt van het knagende gevoel van
spijt.
In de NBV heeft men ‘autos’ laten slaan op de worm in de gehenna. En men
heeft ‘niet sterft’ vervangen door ‘blijven knagen’. Dat is ook niet letterlijk
weer gegeven. Maar de bedoeling is duidelijk. Een worm blijft knagen als hij
niet is gestorven. En daarom denk ik dat de NBV beter de bedoeling van deze
tekst weergeeft, temeer omdat ik dus al ontdekt heb dat er geen ‘hel’ is waar
mensen eeuwig gekweld worden. En ook door deze tekst wordt ik versterkt in dat
geloof.
9. Oordeel.
Er is mij
al heel wat duidelijk geworden omtrent het mysterie van ‘de hel’ en de poel van
vuur. Toch wil ik nog gaan kijken naar een tekst waar gesproken word over de
helse verdoemenis of oordeel.
Matth.23: 33
Gij slangen, gij adderengebroedsels! hoe zoudt gij de helse verdoemenis
ontvlieden?
In deze
tekst spreekt de Heer specifiek tot de Schriftgeleerden en Farizeeën dat zij de
verdoemenis (SV), of het oordeel (NBG) van de gehenna niet zullen ontlopen.
Deze Joodse ‘gelovigen’ bleven zich hardnekkig verzetten tegen de Here Jezus,
de Zoon van God, Die zij persoonlijk ontmoet hadden. Zij waren ook degene die
het volk aanzetten tot de veroordeling van de Here Jezus. Uiteindelijk zat de
duivel daar achter en daarom noemt de Heer hen adderengebroed. Dat vind ik
letterlijk in Johannes 8: 44 waar ik lees dat de Here Jezus de Farizeeën (vers
13) verwijt dat zij verbonden zijn met de duivel:
Joh.8: 44
Gij zijt uit den vader den duivel, en wilt de begeerten uws vaders doen;
die was een mensenmoorder van den beginne, en is in de waarheid niet staande
gebleven; want geen waarheid is in hem. Wanneer hij de leugen spreekt, zo
spreekt hij uit zijn eigen; want hij is een leugenaar, en de vader derzelve
leugen.
Zie ook paragraaf 5.5
deel 3 van
"De toekomst van de mens".
De helse
verdoemenis is dus niet een oordeel voor elke willekeurige ongelovige.
9.1 De
bokken.
Matth. 25: 31 – 34, 40, 41 45, 46
31 En wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid, en al de
heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op den troon Zijner heerlijkheid.
32 En voor Hem zullen al de volken
vergaderd worden, en Hij zal ze van elkander scheiden, gelijk de herder de
schapen van de bokken scheidt. 33 En Hij zal de schapen tot Zijn rechterhand
zetten, maar de bokken tot Zijn linkerhand. 34
Alsdan zal de Koning zeggen tot degenen, die tot Zijn rechterhand zijn:
Komt, gij gezegenden Mijns Vaders! Beërft dat Koninkrijk, hetwelk u bereid is
van de grondlegging der wereld. 40 En de
Koning zal antwoorden en tot hen zeggen: voorwaar zeg Ik u: voor zoveel gij dit
een van deze Mijn minste broeders gedaan hebt, zo hebt gij dat Mij gedaan.
41 Dan zal Hij zeggen ook tot degenen,
die ter linkerhand zijn: gaat weg van Mij, gij vervloekten, in het eeuwige
vuur, hetwelk den duivel en zijn engelen bereid is. 45 Dan zal Hij hun antwoorden en
zeggen: Voorwaar zeg Ik u: voor zoveel gij dit een van deze minsten niet gedaan
hebt, zo hebt gij het Mij ook niet gedaan. 46
En dezen zullen gaan in de eeuwige pijn; maar de rechtvaardigen in het
eeuwige leven.
De
scheiding van de schapen en de bokken zal, naar mijn idee, plaats vinden bij de
oprichting van het Koninkrijk, want in vers 34 staat dat de gezegenden, de
schapen aan de rechterhand, het Koninkrijk zullen beërven.
Degenen
uit de volken die aan de linkerhand van Christus zijn komen in het vuur. Wie
zijn deze mensen?
Matth. 24: 14
En dit Evangelie des Koninkrijks zal in de gehele wereld (oikoumenê)
gepredikt worden tot een getuigenis allen volken; en dan zal het einde komen.
Rom.10: 18
Maar ik zeg: Hebben zij het niet (evangelie, vers 16) gehoord? Ja toch,
hun geluid is over de gehele aarde (ge = land) uitgegaan, en hun woorden tot de
einden der wereld (oikoumenê)
In deze
verzen lees ik dat het evangelie van het Koninkrijk gepredikt zal worden aan de
gehele wereld. Maar in de grondtekst staat niet ‘kosmos’ wat wereld betekent,
maar oikoumenê wat gedeelte van de wereld, speciaal het Romeinse gebied
betekent. Dus die prediking vindt in ieder geval plaats aan de volken in dat
gebied. En daarna komt het einde,
beschreven in Mattheüs 24: 14. De Zoon
des mensen zal de volken van de oikoumenê voor zich vergaderen en ze van elkaar
scheiden in schapen en bokken. De schapen die goed gedaan hebben aan de
broeders van de Here Jezus zullen in gaan in het Koninkrijk. De broeders van de
Here Jezus zijn de Joden.
De bokken
die geen goed gedaan hebben aan de broeders van Christus gaan in het vuur wat
eigenlijk voor de duivel en zijn engelen bereidt is, lees ik in vers 41. Waarom
toch deze strenge straf? Ik geloof dat dit te maken heeft met de gemiste kans
voor de volken van de oikoumenê. Zij hebben toch duidelijk het evangelie van
het Koninkrijk gehoord en de daar bijbehorende wonderen meegemaakt, paragraaf
1.4 (
deel 1 van
"De toekomst van de mens"). Ook maken zij de ure der verzoeking mee. Dit had hun tot geloof in God
moeten brengen. Als ik dit alles lees in de context waarin het geschreven is
kan ik dit oordeel niet zomaar op iedere willekeurige ongelovige toepassen.
9.2 De
grote verdrukking.
In de
volgende teksten lees ik over oordelen die in de oikoumenê zullen plaats
vinden.
Luk.21: 26
En den mensen het hart zal bezwijken van vrees en verwachting der
dingen, die het aardrijk (oikoumenê) zullen overkomen; want de krachten der
hemelen zullen bewogen worden.
Hand.17: 31
Daarom dat Hij een dag gesteld heeft, op welken Hij den aardbodem
(oikoumenê)
rechtvaardiglijk zal oordelen, door
een Man, Dien Hij daartoe geordineerd heeft, verzekering daarvan doende aan
allen, dewijl Hij Hem uit de doden opgewekt heeft.
Openb.3: 10
Omdat gij het woord Mijner lijdzaamheid bewaard hebt, zo zal Ik ook u
bewaren uit de ure der verzoeking, die over de gehele wereld (oikoumenê) komen
zal, om te verzoeken, die op de aarde (ge) wonen.
Openb.12: 9
En de grote draak is geworpen, namelijk de oude slang, welke genaamd
wordt duivel en satanas, die de gehele wereld (oikoumenê) verleidt, hij is, zeg
ik, geworpen (op de aarde); en zijn engelen zijn met hem geworpen.
Openb.16: 14
Want het zijn geesten der duivelen, en zij doen tekenen, welke uitgaan
tot de koningen der aarde (ge) en der gehele wereld (oikoumenê), om
die te vergaderen tot den krijg van dien groten dag des almachtigen Gods.
Deze
gebeurtenissen hebben allemaal te maken met wat wij noemen ’de grote
verdrukking’. De SV spreekt over de ure der verzoeking. Over het algemeen wordt
verwacht dat de grote verdrukking over de gehele wereld zal plaatsvinden. Dat
is begrijpelijk, want zo is het vertaald. Maar in de grondtekst staat niet 'aarde' maar land = ge. Het gaat om het land Israël. Bovendien staat er in de grondtekst niet wereld, maar oikoumenê. Er wordt en bepaald gedeelte van de wereld bedoelt,
namelijk het gebied rondom Israël. En is dit niet heel logisch? Heeft zich in
het verleden in dat gebied ook niet alles afgespeeld? Is dit niet het gebied
wat aan Abraham al reeds is beloofd? En zal niet in dat gebied het Koninkrijk
worden opgericht, zoals ik heb beschreven in paragraaf 1.2
(
deel 1 van
"De toekomst van de mens").
9.3 Voleinding
van de eeuw.
In
Mattheüs 24: 14 in paragraaf 9.1, werd gesproken over ‘het einde’ Over welk
einde gaat het hier?
Matth.24: 3
En als Hij op den Olijfberg gezeten was, gingen de discipelen tot Hem
alleen, zeggende: Zeg ons, wanneer zullen deze dingen zijn, en welk zal het
teken zijn van Uw toekomst (parousia), en van de voleinding der wereld ( aion,
= eeuw)?
Matth.13: 39, 40 39 En de vijand, die hetzelve gezaaid heeft, is de duivel; en de oogst is de voleinding der wereld (aion); en de maaiers zijn de engelen. 40 Gelijkerwijs dan het onkruid vergaderd, en met vuur verbrand wordt, alzo zal het ook zijn in de voleinding dezer wereld (aion)
Deze verzen zeggen dat alles plaats zal vinden bij de voleinding van de wereld. Maar in de grondtekst staat hier in het Grieks ‘aion’ en dat betekent: eeuw. Dit moet wel de tegenwoordige eeuw zijn, waarvan aan het einde de wederkomst van de Heer plaats vindt, de parousia, en daarna zal het Koninkrijk aanvangen. Dus zal aan het einde van deze eeuw de vervulling van bovenstaande teksten plaatsvinden.
Ook in Mattheüs 13: 49 wordt gesproken over de voleinding van de wereld. En ook hier staat in de grondtekst niet wereld, maar eeuw, aion. Bijzonder is dat in dit vers aion wel door eeuw vertaald.
Matth.13: 49
Alzo zal het in de voleinding der eeuwen wezen; de engelen zullen
uitgaan, en de bozen uit het midden der rechtvaardigen afscheiden;
Aion
wordt in deze teksten in de NBG alle keren door wereld vertaald, wat dus
eigenlijk een verkeerd beeld geeft. Want niet aan de wereld komt aan een eind
maar aan de eeuw. Het gaat hier dus om een bepaald tijdperk.
9.4 Vergaat
de wereld?
Matth.5: 18
Want voorwaar, Ik zeg u: Eer de hemel en aarde (land) vergaat, (NBG)
2 Petr.3: 10, 12
10 Maar de dag des Heeren zal komen als een dief in den nacht, in welken
de hemelen met een gedruis zullen voorbijgaan, en de elementen branden zullen
en vergaan, en de aarde (land) en de werken, die daarin zijn, zullen
verbranden. 12 Verwachtende en haastende
tot de toekomst van den dag Gods, in welken de hemelen, door vuur ontstoken
zijnde, zullen vergaan, en de elementen brandende zullen versmelten.
Openb.21: 1
En ik zag een nieuwen hemel en een nieuwe aarde (land); want de eerste
hemel, en de eerste aarde (land) was voorbijgegaan, en de zee was niet meer.
In de
vorige paragraaf ging het over de voleinding van de eeuw, maar in deze teksten
wordt duidelijk aangegeven dat er een nieuwe hemel en nieuw land zal komen. Dat betekent dat de oude hemel en het land zullen
verdwijnen. In 2 Petrus 3: 10 en 12 staat dat alles zal verbranden. Dit zal
gebeuren in de oordeelsdag van God. Dit zal aan het einde van het duizendjarig
rijk zijn, in Openbaring 20: 7 – 15, en niet aan het einde van deze eeuw. En
daarna vind ik de beschrijving van de nieuwe hemel en land in Openbaring 21.
1 Kron.16:14
Hij is de HEERE, onze God; Zijn oordelen zijn over de gehele aarde. (erets)
Psalm 9: 9 En Hij Zelf zal de wereld (tebel) richten
in gerechtigheid, en de volken oordelen in rechtmatigheden.
Psalm 105: 7
Hij is de HEERE, onze God; Zijn oordelen zijn over de gehele aarde. (erets)
Bovenstaande drie verzen bevestigen dat het land Israël en de omgeving van Israël getroffen zal
worden door Gods oordelen. Aarde is hier in de grondtekst 'erets' en wereld is 'bewoonbaar gedeelte'. Dit bewoonbare gedeelte komt overeen met de betekenis van 'oikoumenê'. Zoals ik het nu kan zien vergaat niet de wereld, maar er komt wel een nieuwe hemel en nieuw land aan het einde van het duizend jarig Koninkrijk.
9.5 Verderven.
In deze studie ben ik het woord
‘verderven’ tegengekomen, onder anderen in Johannes 3: 15: ‘opdat een iegelijk,
die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe’. Verderven
staat hier tegenover geloven. Wanneer iemand niet gelooft wordt hij verdorven.
In de grondtekst staat ‘apollumi’ en het betekent: verliezen, vernielen,
afmaken, vernietigen, dood, omkomen,
vergaan, bederven, in het
verderf storten, ongelukkig maken, verwoesten, doen verdrijven. Het NBG heeft
‘verloren gaan’. Ik ben dit woord ook al tegengekomen in paragraaf 2.4
deel 2 van
"De toekomst van de mens". En ik
zag dat er bedoeld werd dat iemand verloren ging voor de eeuw van het
Koninkrijk. Dus heeft verderven dezelfde betekenis.
Maar er zijn nog
meer betekenissen voor verderven. De eerste keer dat dit woord in de Bijbel
voorkomt is in:
Gen.6: 11 – 13, 17 11 Maar de aarde was verdorven voor Gods aangezicht; en de
aarde was vervuld met wrevel. 12 Toen
zag God de aarde, en ziet, zij was verdorven; want al het vlees had zijn weg
verdorven op de aarde. 13 Daarom zeide
God tot Noach: Het einde van alle vlees is voor Mijn aangezicht gekomen; want
de aarde is door hen vervuld met wrevel; en zie, Ik zal hen met de aarde
verderven. 17 Want Ik, zie, Ik breng een
watervloed over de aarde, om alle vlees, waarin een geest des levens is,
vanonder den hemel te verderven; al wat op de aarde is, zal den geest geven.
Het NBG spreekt van ‘verdelgen’
en de NBV heeft het vertaald met ‘vernietigen’.
Verderven is in het Hebreeuws
‘shâchath’ en betekend: vervallen, achteruit gaan, verrotten, bederven,
verstikken, ondergang, vernietiging, verderf, ruïne, puinhoop, bouwval,
havenen, verliezen, omkomen, vergaan.
Zo zie ik dat verderven te
maken heeft met het vernietigen van de aarde en de daarop wonende mens, door de
zondvloed. Alles wat leefde is gestorven. Ook Sodom en Gomorra werden verdorven
of verwoest (NBG) lees ik in Gen.19: 24 en in:
Lukas 17: 29 Maar op den dag, op welken Lot van Sodom uitging, regende
het vuur en sulfer van den hemel, en verdierf ze allen.
Hand.13: 34 – 37 34 En dat Hij
Hem uit de doden heeft opgewekt, alzo dat Hij niet meer zal tot verderving
keren, heeft Hij aldus gezegd: Ik zal ulieden de weldadigheden Davids geven,
die getrouw zijn; 35 Waarom hij ook in
een anderen psalm zegt: Gij zult Uw Heilige niet over geven, om verderving te
zien. 36 Want David, als hij in zijn tijd
den raad Gods gediend had, is ontslapen, en is bij zijn vaderen gelegd; en
heeft wel verderving gezien; 37 Maar
Hij, Dien God opgewekt heeft, heeft geen verderving gezien.
Het woord ‘verderving’ wat hier gebruikt wordt is in het
Grieks ‘diaphthora’ en betekend: volledig verrotten, totaal vergaan, doen
vervallen, achteruitgaan, verderf, verdorvenheid, omkoping, verderven. Het NBG
heeft ‘verderving’ vertaald door ‘ontbinding’. En daar heeft het ook mee te
maken in deze teksten. Toen de Here Jezus in het graf lag is er bij Hem geen
ontbindingsproces opgetreden. Bij David gebeurde dit wel.
9.6 De
dagen van Noach.
Openb.11:
18 En de volken waren toornig geworden, en Uw
toorn is gekomen, en de tijd der doden, om geoordeeld te worden, en om het loon
te geven Uw dienstknechten, den profeten, en den heiligen, en dengenen, die Uw
Naam vrezen, den kleinen en den groten; en om te verderven degenen, die de
aarde (land) verdierven.
Ook hier staat ‘diaphthora’ en
degenen die het verderf in het land brachten zullen hun straf niet ontlopen.
Eigenlijk gebeurt er hetzelfde
als in Genesis 6: 11 – 17, de dagen van Noach. Toen verdronken de mensen, omdat
ze de aarde bedorven hadden. Wat was er dan gebeurd dat God dit oordeel moest
brengen? Ik lees in de NBV:
Gen.6: 2 – 7
2 De zonen van de goden (gevallen engelen) zagen hoe mooi de dochters
van de mensen waren, en ze kozen uit hen de vrouwen die ze maar wilden. 3 Toen dacht de HEER: Mijn levensgeest mag niet
voor altijd in de mens blijven, hij is immers niets dan vlees; hij mag niet
langer dan honderd twintig jaar leven. 4
In die tijd en ook daarna nog, zolang de zonen van de goden gemeenschap
hadden met de dochters van de mensen en kinderen bij hen kregen, leefden de
giganten (reuzen) op aarde. Dat zijn de befaamde helden uit het verre verleden.
5 De HEER zag dat alle mensen op aarde
slecht waren: alles wat ze uitdachten was steeds even slecht. 6 Hij kreeg er spijt van dat hij mensen had
gemaakt en voelde zich diep gekwetst. 7
Ik zal de mensen die ik geschapen heb van de aarde wegvagen, dacht hij,
en met de mensen ook het vee, de kruipende dieren en de vogels, want ik heb er
spijt van dat ik ze heb gemaakt.
In de
evangeliën zegt de Here Jezus dat het in de toekomst, in de dagen van de Zoon
des mensen, net zo zal zijn als in de dagen van Noach.
Mt 24: 37, 38
37 En gelijk de dagen van Noach waren, alzo zal ook zijn de toekomst van
den Zoon des mensen. 38 Want gelijk zij
waren in de dagen voor den zondvloed, etende en drinkende, trouwende en ten
huwelijk uitgevende, tot den dag toe, in welken Noach in de ark ging;
Luk. 17: 26, 27
26 En gelijk het geschied is in de dagen van Noach, alzo zal het ook
zijn in de dagen van den Zoon des mensen. 27
Zij aten, zij dronken, zij namen ten huwelijk, zij werden ten huwelijk
gegeven, tot den dag, op welken Noach in de ark ging, en de zondvloed kwam, en
verdierf ze allen.
Deze
verzen worden vervuld in Openbaring 11: 18 en in:
Openb.17: 1
En een uit de zeven engelen, die de zeven fiolen hadden, kwam en sprak
met mij, en zeide tot mij: Kom herwaarts, ik zal u tonen het oordeel der grote
hoer, die daar zit op vele wateren;
Openb.18: 10
Van verre staande uit vreze van haar pijniging, zeggende: Wee, wee, de
grote stad Babylon, de sterke stad, want uw oordeel is in een ure gekomen.
Openb.19: 2, 3
2 Want Zijn oordelen zijn
waarachtig en rechtvaardig; dewijl Hij de grote hoer geoordeeld heeft, die de
aarde (land) verdorven heeft met haar hoererij, en Hij het bloed Zijner
dienaren van haar hand gewroken heeft. 3
En zij zeiden ten tweeden maal: Halleluja! En haar rook gaat op in alle
eeuwigheid.
Zoals er
in de dagen van Noach de reuzen waren, geboren uit de gevallen engelen, zo zijn
er in de toekomst van de Zoon des mensen ook volgelingen van de antichrist. Zij
zullen zich verzamelen in de antichristelijke stad, Babylon, ook wel de grote
hoer genoemd. Maar deze grote stad zal, net zo als Sodom en gomorra, verdorven worden.
9. 7 Samenvatting Deel 1, 2, 3, en 4.
Als ik
nog eens door mijn notities blader dan valt het op dat de toekomst van de mens
zich tot hier toe afspeelt rondom de oprichting van het Koninkrijk, oftewel het
duizend jarig rijk. Dit Koninkrijk was nabij gekomen in het tijdperk dat de
Here Jezus de eerste keer op aarde rondwandelde. Maar doordat het volk Israël
de Here Jezus als Messias verwierp, kon de Heer geen Koning worden en werd de
komst van het Koninkrijk uitgesteld. Maar God zal in de toekomst Zich weer gaan
bemoeien met het volk Israël en dan worden alle brieven en beloftes over deze
bedeling weer relevant. Ik heb gezien dat in de toekomst de gelovigen tijdens
hun leven of nadat ze zijn opgewekt uit het graf, het Koninkrijk zullen
binnengaan. Tegen de moordenaar aan het kruis zei de Here Jezus dat deze met de
Heer in het paradijs zal zijn.
Voor de
ongelovigen geld dat zij bij leven het Koninkrijk niet binnen zullen gaan, zij
worden achtergelaten. Zijn ze gestorven dan worden zij ook opgewekt, maar ten
oordeel. Dit oordeel bestaat uit het niet binnen kunnen gaan van het
Koninkrijk. Verder zullen o.a. het adderengebroed en de bokken veroordeeld
worden tot de gehenna. De gehenna is de poel van vuur die zal branden tijdens
de periode van het Koninkrijk. Waneer men hiertoe veroordeeld wordt sterft men
de tweede dood. De gehenna is geen eeuwig durende marteling voor iedere
ongelovige. De gehenna is in principe bedoeld om de satan en zijn volgelingen
te vernietigen. Dit was al voorzegt in Genesis 3: 15.
Dan wil
ik mij nu richten in deel 5 op een andere periode, de
bedeling der genade. Dit is de
bedeling die God na Handelingen 28 (paragraaf 1 en 1.
2: deel 1 van
"De toekomst van de mens")
in liet gaan. Deze zal
duren tot God weer met Israël bezig zal gaan om het Koninkrijk op te richten.
7 opmerkingen:
Shehol = graf Hades= dodenrijk Gehenna = hel of eeuwige vuur.
Heel erg mooi opgezet, en langdurig over nagedacht, maar zoals alle mensen zit ook ik met vragen, wie en wat is deze stad Babylon ??? zo staat er in het begin van de Bijbel als Adam en Eva gezondigd hebben, zie de mens is gelijk onzer geworden kenner van goed en kwaad, waaruit ik op maak dat het kwaad al bestond lang voor de mens, en God weet alles al van tevoren wat er gaat gebeuren/ dus ook de satan is slecht geboren of geworden ik weet het niet, wel weet ik dat hij door God geschapen is, satan kwam de mens verleiden, hij was eigenlijk het grote kwaad, doch hij bestaat nog altijd, terwijl de mens maar 120 jaren heeft als hij geluk heeft de mens werd dus veel en veel harder gestraft dan de satan, en daar komt nog eens bij dat de satan een veel en veel grotere kennis heeft dan de mens, wat is de mens eigenlijk een lichaamlijke zwakheid maar ook een geestelijke veel zwakker dan de satan, als ik het nu goed heb is hij of zij die een werkelijk geloof in Jezus Christus hebben tegen satan opgewassen, maar zij die zulk een sterk geloof niet hebben zijn niet opgewassen tegen hem , en zo zit ik en met mij denk ik wel vele mensen met honderden vragen, en ben ik daarom verloren want twijfel overvalt mij regelmatig ????
Bedankt voor je reactie.
Sheowl is het Hebreeuwse woord voor graf en hades is het Griekse woord voor graf. In de NBG vertaling worden beide woorden vertaald met dodenrijk.
De gehenna is het vuur van de eeuw wat zal branden in het 1000 jarig rijk. Ook wel de poel van vuur genoemd.
Bedankt voor je reactie. En ja, ik heb er heel lang over nagedacht. Ik wil nog reageren op je vragen maar daar heb ik wat meer tijd voor nodig.
Dag Anoniem. Wikipedia zegt dat Babylon of Babel een stad is uit de Oudheid, die zich in het huidige Irak bevindt, 80 km ten zuiden van Bagdad. Saddam Hoessein begon in 1983 aan de wederopbouw van de stad op de top van de oude ruïnes. Hij schreef zijn naam op veel van de stenen in navolging van Nebukadnezar. Een frequent opschrift luidt: "Dit werd gebouwd door Saddam Hoessein, de zoon van Nebukadnezar, verheerlijk Irak". Ik geloof dat Babel opnieuw opgebouwd gaat worden onder de naam Babylon. In Openbaringen 14:8, 16:19, 17:5 en 18:2 kun je dat vinden. Babylon is de stad van de antichrist. Het is de tegenhanger van Jeruzalem, de stad van Christus in het 1000 jarig rijk. Ooit heb ik uitgelegd gekregen dat Rome Babylon wordt. Maar dit geloof ik niet. Babylon is Babylon.
Ik geloof dat inderdaad het kwaad al in de wereld was ten tijde van Adam en Eva en daar kregen zij deel aan nadat ze van de appel hadden gegeten. Satan had hen verleid. In Ezechiël 28: 13-19 lees ik over een gezalfde overdekkende cherub ( vers 14). Maar hij werd hoogmoedig en komt ten val en wordt tot as (vers 18). Satan is al gevallen voordat God de mens schiep. Ik geloof dat God satan geschapen heeft, als volmaakte cherub, en dat Satan in zijn val de toenmalige wereld mee gesleurd heeft. Dit is te vinden in Genesis 1: 1 en 2. God heeft hemel en aarde goed geschapen. Maar de aarde werd ( in Genesis 1:2 staat in de SV “was”, maar hier kan ook “werd” staan) werd dus woest en ledig. In Jesaja 45:18 staat dat God de aarde niet geschapen heeft opdat zij ledig zou zijn.
Satan is nu de overste van deze wereld staat in Efeze 2:2. En hij gaat rond als een briesende leeuw lees ik in 1Petrus 5:8 en als een engel des lichts zo zie ik in 1Kor. 11:4. Maar Christus heeft Satan op het kruis over wonnen. Op zich is de mens zwak maar jij en ik mogen opzien naar Christus en Zijn overwinning. Dat mogen we belijden en geloven. Mijn geloof wankelt ook regelmatig en als het van mij af hangt komt er niets van terecht. Maar wij mogen steeds terug grijpen op het geloof van Christus want Hij heeft alles, ook satan, overwonnen. God ziet ons in Christus aan. Daardoor zullen wij uiteindelijk leven en satan vergaat tot as. Mensen spreken vaak over: “mijn geloof” maar ik geloof niet in “mijn geloof”. Ik geloof in het geloof en in de kracht van Christus. Ik hoop dat het verschil duidelijk is. Een uitroep zoals die van een vader in Markus 9:24: “kom mijn ongeloof te hulp” mogen wij ook uitspreken. Ik geloof dat God je juist in deze zwakheid lief heeft. Dat mag je aanvaarden.
Kan al deze studies met een printbare versie uitgeprint worden? Leest makkelijk met papier op de bank.
Ja, ik u mag het zeker uitprinten, dat leest inderdaad makkelijker.
Volgens mij moet het dan gekopieerd worden naar words en daarna uitprinten.
Ik heb geen rechtstreekse printmogelijkheid. Ik heb geen idee of dat kan.
Succes er mee.
Hartelijke groeten, Rinske.
Een reactie posten